Dovrefjell-Sunndalsfjella is een nationaal park gelegen in Noorwegen. Het park omvat de gelijknamige bergketen Dovrefjell en er leven verschillende unieke en wilde dieren, zoals de indrukwekkende muskusos. Veel toeristen slaan het park over en reizen meer langs de westkust van Noorwegen, maar het park is zeker een bezoek waard. Daarom delen we in dit artikel meer over Dovrefjell National Park en geven we tips over het spotten van de muskusos.

Nationaal Park Dovrefjell-Sunndalsfjella ligt in centraal Noorwegen aan de E6 op de route tussen Oslo en Trondheim. Het park is ongeveer 1693 km2 groot en omvat de gelijknamige bergketen Dovrefjell. Het park is opgericht voor het behoud van de noordelijke, gematigde alphine ecosystemen. Zo leven er verschillende unieke en wilde dieren in het park en zijn enkele planten nog uit de periode voor de laatste ijstijd. Dieren die je tegen kunt komen zijn onder andere wilde rendieren, vossen, veelvraten, de adelaar en de eerder genoemde muskusos, het pareltje van het nationaal park!

Wat te zien en te doen in Dovrefjell National Park?

Dovrefjell National Park in de zomer
In de zomer kun je in Dovrefjell verschillende korte- en lange wandelingen maken met overnachtingsmogelijkheden in onbemande hutten die in het park liggen. Met bordjes staat aangegeven welke routes je allemaal kan volgen. Maar ook mountainbiken in het park via de Tour de Dovre en buitenritten maken met een paard zijn in de zomer mogelijkheden om het park te verkennen. Ben je op zoek naar wat meer uitdaging? Ga dan mee met een van de vele excursies of beklim in vijf tot zeven uur tijd de hoogste piek Snøhetta die 2286 meter boven de zeespiegel uitsteekt.

Wil je liever niet zo’n lange wandeling maken dan kun je ook naar de parkeerplaats rijden van het uitkijkpunt Snøhetta. Vanaf de parkeerplaats is het maar zo’n 1,5 km lopen naar het uitkijkpunt. Snøhetta is onderdeel van het Noorse Wild Reindeer Center en is een indrukwekkend architectonisch gebouw vanaf waar je een mooi uitzicht hebt op de omgeving van Dovrefjell National Park. In 2011 is het zelfs uitgeroepen tot wereldgebouw van het jaar. Het werd dan ook ontworpen door de wereldberoemde architecten van Snøhetta, een Noors bedrijf dat hun bedrijf naar de berg heeft vernoemd.

Dovrefjell National Park in de winter
Ook in de winter is Dovrefjell een mooi gebied om te bezoeken. Het park is dan bedekt met een dikke laag sneeuw waardoor het hele gebied omgetoverd wordt tot een super mooi winter wonderland. Bovendien is het er in de winterperiode een stuk rustiger en hoef je het park maar met een handjevol anderen te delen, voornamelijk met de Noren zelf. Die gaan vooral naar het park om er te langlaufen, maar ook sneeuwschoenwandelen en met de sneeuwscooter op pad wordt veel gedaan. Wandelen met gewone wandelschoenen is ook mogelijk, maar omdat er veel sneeuw ligt en je daardoor soms tot je knieën wegzakt is dit niet overal even makkelijk. Je kunt dan het beste een pad volgen waar eerder al wandelaars met sneeuwschoenen/rackets of sneeuwscooters overheen zijn gegaan. De sneeuw is dan aangedrukt waardoor je minder snel wegzakt. In de omgeving sneeuwschoenen/rackets huren is ook mogelijk.

De beste tijd in de winter om Dovrefjell National Park te bezoeken is wat ons betreft de maand maart. Het is er dan niet meer zo extreem koud en de dagen zijn wat betreft licht vergelijkbaar met in Nederland. De zon gaat, afhankelijk van begin of eind van de maand, tussen 18:00 en 19:00 onder waardoor je de hele dag licht hebt en op pad kunt. In maart is het echter nog wel koud genoeg voor de sneeuw (overdag rond het vriespunt en ’s nachts tot -10° à -15°) en je hebt nog kans om het noorderlicht te spotten. Zorg dus wel voor goede warme kleding  zoals thermokleding, isolatiejas, warme handschoenen en muts en neem altijd genoeg eten en drinken mee voor onderweg. Ook een hoofdlampje en een extra regen- en winddichte jas zijn aan te raden om mee te nemen als je langere hikes gaat maken. En vergeet je telefoon niet. In grote delen van het park (vooral het populaire wandelgebied) is er goed 4G bereik.

Muskusossen spotten in Dovrefjell National Park

Een van de grote dieren die in het park leven is de muskusos en veel mensen komen dan ook naar Dovrefjell toe om een glimp van dit indrukwekkende dier te vangen. De muskusos is een hoefdier met hoorns uit het arctisch gebied en is nauwer verwant aan geiten dan aan runderen zoals je misschien als eerste zou denken. Muskusossen hebben een schofthoogte van tussen de 110 cm (vrouwtjes) en 165 cm (mannetjes) en kunnen tot wel 400 kg wegen. Verder hebben ze een langharige vacht die ‘s zomers donkerbruin en ’s winters zwartbruin kleurt. In het voorjaar verliest de muskusos zijn dikke wintervacht.

De muskusossen die in het park leven zijn overigens geen inheemse dieren. De muskusossen kwamen er oorspronkelijk wel voor, maar door de jacht tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn ze zijn uitgestorven. Tussen 1947 en 1954 werden daarom vanuit Groenland muskusossen geïmporteerd en met succes opnieuw geïntroduceerd in het park. Inmiddels is de populatie flink gegroeid en lopen ze alweer een tijdje vrij door het park rond.

Het spotten van muskusossen in Dovrefjell National Park kan zowel in de zomer als in de winter. Beide seizoenen zijn mooi, maar in de sneeuw heeft wel iets extra bijzonders. De meeste kans om een muskusos te spotten is een beetje afhankelijk van het seizoen. In de winter maak je meeste kans hogerop in het park daar waar de wind vrij spel heeft om de sneeuw weg te blazen. Muskusossen zijn namelijk planteneters en eten voornamelijk korstmossen, twijgen van bosbessen, grassen etc. In de winter zoeken ze daarom vooral de kale/groene plekken op waar de wind de sneeuw wegblaast zodat ze makkelijk bij het eten kunnen.

In de zomer kunnen ze overal in het park zitten. Als de sneeuw weg is valt er immers overal wel genoeg eten te vinden. Dat maakt het mogelijk lastiger om de muskusossen te spotten, alhoewel je wel weer makkelijker langere wandelingen maakt (en daardoor verder het park in kan). Maar met een beetje geluk hoef je helemaal niet zo ver het park in te lopen. Als de sneeuw verdwenen is komen de muskusossen ook in lager gelegen delen van het park omdat daar meer boom- en struikgewas groeit en er dus meer te eten is.

Zie je een muskusos? Blijf dan op minimaal 200 meter afstand om de dieren vanaf een veilige afstand te bewonderen.