Heb je een oude brandweerwagen of een klassieke bestelbus omgebouwd tot camper? Dan is de kans groot dat je vroeg of laat te maken krijgt met roest. Door goede isolatie en ventilatie is het mogelijk om roest zoveel mogelijk te voorkomen, maar helaas blijven metalen oppervlakten gevoelig. Gelukkig is roestvorming een geleidelijk proces. Ben je er op tijd bij, dan kun je prima zelf de roestplekken behandelen en erger voorkomen.

Roest is alleen mogelijk op kale metalen oppervlakten. Door steenslag of een botsing met een object kan er lakschade ontstaan. Dat begint vaak heel onschuldig met een klein plekje, maar schijn bedriegt. Roest werkt namelijk van binnenuit en onbehandeld breidt het zich langzaam maar zeker uit tot er scheuren en gaten in het metaal ontstaan. Helaas zit er dan niets anders meer op dan een nieuw stuk plaat in de bus te lassen. Dat is vakwerk en dus erg prijzig. Voorkomen is dus beter dan genezen.

Voorkomen van roest

Door lakschade wordt metaal blootgesteld aan invloeden van buitenaf. Vooral vocht en zuurstof vormen een grote bedreiging voor het metaal. Tussen die twee ontstaat er een chemische reactie (corrosie) waardoor er een proces op gang wordt gebracht dat wij kennen onder de naam roest. Met een camper is het nodig om hier extra aandacht aan te geven. Door onze aanwezigheid binnen de bus stroomt er warme lucht met een hoge luchtvochtigheid langs de koude metalen oppervlakten. Er ontstaat dan condensvorming, maar door beperkte ventilatiemogelijkheden kan deze vorm van vocht nergens heen en trekt het vocht in het metaal van de bus. Met roest als gevolg…

Het voorkomen van dit soort roest doe je door zoveel mogelijk te ventileren. Daarmee krijgt vocht simpelweg minder kans. Bij mooi weer is dat makkelijk door wat deuren en ramen open te zetten, maar vocht is vooral een probleem wanneer het buiten kouder wordt. Dat is immers juist het moment dat je warm binnen wilt zitten met de deuren dicht en er condens ontstaat. Dat is op te lossen door het metaal goed te isoleren en een vorm van ventilatie toe te voegen die ook ventileert wanneer ramen en deuren gesloten zijn. Investeer daarom in een dakraam dat open kan blijven wanneer het regent en in isolatie dat direct op het metaal van de bus geplakt kan worden.

Ons persoonlijke koopadvies:
– Voor isolatie: Armaflex
– Voor ventilatie: Maxxfan

Een andere tip die vaak nog wordt vergeten is het regelmatig schoonmaken van de bus. Vooral gevoelige plekken zoals de wielkasten, deuren, bumpers en de onderkant van de bus zijn raadzaam om regelmatig even schoon te maken. Op deze plekken blijft snel viezigheid achter en vuil is perfect voor het vasthouden van vocht.

Behandelen kleine roestplekken

Toch wat roestplekken gespot? Controleer deze door voorzichtig met een schroevendraaier te drukken en zo te kijken of de plekken zijn doorgeroest of alleen oppervlakkig aanwezig zijn. Zolang het om kleine en vooral oppervlakkige plekken gaat is er niet zoveel aan de hand. De roest moet wel behandeld worden om erger te voorkomen, maar met onderstaande vijf stappen is dat eenvoudig zelf te doen. Daarvoor heb je nodig: schuurpapier, ontvetter, roestomvormer, anti-roest primer, spuitbus met autolak en blanke lak.

Stap 1: Roest wegschuren
Schuur roest aan het oppervlakte helemaal weg totdat er geen roest meer zichtbaar is. Voor fijne roestplekken gebruik je fijn schuurpapier en voor hardnekkige roest kun je grover schuurpapier nemen of gebruik maken van een staalborstel. Schuur ook het metaal rondom de roestplek blank tot ongeveer 3 cm. Dan weet je zeker dat alle roest is weggehaald.

Stap 2: Roestomvormer
Roest werkt van binnenuit. Het kan dus zijn dat nog niet alle roest weg is, ook al is het niet meer zichtbaar na het schuren van het oppervlak. De plek kun je na het schuren daarom het best nog even behandelen met een roestomvormer. Achtergebleven roest wordt hiermee opgelost en omgezet in een harde grondlaag.

Stap 3: Anti-roest primer
Na de behandeling met een roestomvormer kunnen de plekken ingespoten worden met een anti-roest primer. Dit is een grondverf met anti-roest bescherming en zorgt voor een betere hechting van de autolak die er later overheen gespoten wordt.

Stap 4: Autolak
Sommigen kiezen ervoor om het voertuig niet af te lakken na de behandeling met een anti-roest primer, vooral als de kleur overeenkomt met de originele kleur van het voertuig. Dit is echter wel nodig omdat de primer luchtdoorlatend is en daardoor de kans op nieuwe roestvorming erg groot is. Schuur na het uitharden van de primer daarom het oppervlak weer glad met fijn schuurpapier en ontvet het geheel voor je gaat spuiten met de autolak (kleurcode vind je op het motorblok, de motorkap of binnen het portier). Spuit de autolak laagje voor laagje om druipers te voorkomen en om de lak zo goed mogelijk te laten hechten. Volg verder de instructies (spuitafstand, droogtijd etc.) die op de verpakking staan.

Stap 5: Blanke lak
Als laatste kun je het geheel nog afwerken met een blanke lak. Die zorgt voor de typerende glans van een autolak, maar dient ook als extra beschermlaag tegen invloeden van buitenaf zoals vocht, zuurstof en vuil.